Opdracht 1 Ontstaan aardbevingen



Nepal voor de aardbeving 

                                          Nepal na de aardbeving

 



De aardkorst is niet één geheel, maar bestaat uit verschillende platen.

 

Op plaatsen waar twee platen elkaar raken,

schuiven de randen van de platen langs elkaar.

Stel je voor dat de ene plaat naar het noorden beweegt,

en de andere plaat naar het zuiden.

Omdat de platen tegen elkaar aan liggen, wordt er eerst spanning opgebouwd,

zonder dat de platen bewegen.

Op een gegeven moment is de spanning zo hoog

dat de twee platen met een schok langs elkaar schuiven.

 

Op het moment dat de verschuiving plaatsvindt, spreken we van een aardbeving

 

Vergelijk dit met twee houten blokken die zeer ruw zijn.

Je legt ze strak tegen elkaar aan en duwt beide blokken in tegenovergestelde richting.

Eerst gebeurt er niets, maar naarmate je harder duwt neemt de spanning toe en

opeens zullen de blokken toch langs elkaar schuiven.

 

Een aardbeving verspreidt zich doorgaans in een cirkelvorm.

Het midden van die cirkel wordt aangeduid met epicentrum.

In het epicentrum zijn de schokken het grootst en vaak

vind je rond het epicentrum de meeste verwoestingen.